Online Consumentengedrag – HVA College

Ook dit jaar heb ik een gastcollege gegeven over Social Networking aan de Hogeschool van Amsterdam. Het onderwerp: online consumentengedrag. Eerst een algemeen verhaal over hoe we beland zijn in de wereld waarin we nu leven en vervolgens aan de hand van een case (www.myasics.nl) de rol die merken kunnen spelen in het online consumentengedrag.
De presentatie:

Technorati tags: , // propaganda!abonneer je op de rss-feed rss feed

Denk vanuit de gebruiker, niet vanuit de techniek

Op Marketingfacts is een aardige discussie gaande over het onderwerp “hoe een onderneming het best een community kan starten”. Vooral in de comments worden rake dingen gezegd. Wat mij betreft, staat relevantie voor de gebruiker op de belangrijkste plaats en wordt daar het succes door bepaald. Leuk om een website in elkaar te zetten die technisch klopt. Echter, als de beoogde gebruiker er niet op zit te wachten, is het zonde van de tijd en het geld. “Build it and they will come” is al vaker een illusie gebleken.

Ik vertel graag over de MyASICS Running community waar ik betrokken was bij het uitdenken van het concept, de implementatie, de uitrol en het beheer. Inmiddels zijn er meer dan 300.000 geregistreerde gebruikers in de Benelux. Maar bij dat verhaal hoort ook het verhaal over MyASICS Tennis.

ASICS is een merk dat primair gericht is op kwaliteit, niet op uitstraling en een focus op schoeisel heeft. De tennisschoenen van ASICS verkochten prima. Als extensie van het assortiment werd besloten ook tenniskleding te gaan verkopen en de concurrentie met fabrikanten zoals Nike en Ellesse aan te gaan. MyASICS Running was inmiddels ruim een jaar (succesvol) in de lucht en er werd besloten het communityconcept door te vertalen naar een tennisvariant. De site bestond uit: conditietraining (vergelijkbaar met MyASICS Running) techniektraining (demo’s in flash), krachttraining, een forum, nieuwsberichten en relevante productinformatie. ASICS was in die dagen sponsor van de KNLTB, Jacco Eltingh en het Davis Cup team. Contacten genoeg op de juiste niveau’s om als ambassadeur of als trafficgenerator op te treden. Een tweede succes leek in het verschiet te liggen.

Twee jaar later en diverse pogingen om de site succesvol te exploiteren werd besloten om de stekker er uit te trekken. Wat ging er mis in de tussentijd? Best veel eigenlijk. Om te beginnen bij de beoogde gebruikers: die verschilden enorm van de hardlopers in (digitale) sportbeleving. De hardlopers maken hun trainingschema’s aan, houden hun prestaties bij in het logboek en zijn actief op het forum, om zo als individuele sporter toch te kunnen delen. De tennisser deelt al: voor, tijdens en na een wedstrijd met teamgenoten & tegenstanders en heeft daar meer dan genoeg aan, zo bleek in de praktijk. Verder was de toegevoegde waarde van de techniektraining voor de gebruikers heel beperkt. Tennissen doe je (actief) op de baan, niet (passief) achter de computer (tenzij je actief kunt deelnemen zoals met een Wii, maar die bestond toen nog niet). Een voorbeeld van denken vanuit de techniek en niet vanuit de gebruiker. Andere oorzaken waren o.a.: vertraging bij oplevering waardoor een belangrijk persmoment verloren ging (openingsronde Davis Cup), moeizame samenwerking met de KNLTB (dus dat kanaal kon ook niet goed benut worden), tenniskleding die niet aansloeg op de manier zoals de tennisschoenen wel deden (en dus minder contactmomenten met de gebruikers).

Een wijze les, waaruit duidelijk werd dat je niet zo maar even een succesvolle community kunt ‘knippen en plakken’ en wat ook het uitstekende resultaat van de MyASICS Running community in een heel ander daglicht stelt. De pijlers van het W3 model (Relevantie (Waarom?), Gebruikers (Wie?) en de juiste Content (Wat?)) blijven wat mij betreft bepalend voor het succes van een community.

Technorati tags: , // propaganda!abonneer je op de rss-feed rss feed

De hype na Twitter wordt 'aggregatie'

De massa begint social media te omarmen. Dus wat wordt de nieuwe ‘Twitter’? De dienst die ineens door meer dan alleen een kleine groep enthousiast gebruikt gaat worden en uit zijn voegen groeit. De dienst waar weblogs vol over worden geschreven (zoals deze), waar marketing adviseurs (zoals ik) goedbetaalde presentaties over mogen geven, waar traditionele media jaloers op worden qua bezoekcijfers. En waar de gebruikelijke kritische vragen over verdienmodellen over gesteld gaan worden.

De explosieve groei van diverse social media vindt gefragmenteerd plaats over diverse platforms. Denk aan Flickr, YouTube, WordPress, Slideshare, Last.fm, Delicious, Twitter enzovoorts. En daar is het antwoord op de vraag ‘Wat wordt groot na Twitter?’ in verscholen. Het nieuwe toverwoord wordt aggregatie. Het is makkelijk om laagdrempelig te kunnen publiceren, maar het overzicht van al het beschikbare materiaal is volledig verdwenen voor zowel de publicist als voor de (toevallige) voorbijganger. Daarom gaan diensten die content her en der kunnen aggregeren, publiceren, clusteren, verzamelen, indexeren, taggen enzovoorts een groei doormaken de komende tijd en relevant worden voor een grotere groep gebruikers. Dit leidt eindelijk tot orde in de chaos van web 2.0.

Een aantal diensten omarmt aggregatie al. Denk aan Facebook, waar de updates van je vrienden op andere platforms al direct op je homepage worden gepubliceerd en waar Friendfeed al naadloos is opgenomen. Hyves biedt ook al de mogelijk om bijvoorbeeld je tweets binnen te halen. Een ander voorbeeld is Plaxo, waar in de Pulse de updates van je netwerk te vinden zijn vanuit Twitter, Flickr enzovoorts. LinkedIn biedt je via Applications de mogelijkheid om bijvoorbeeld je eigen Slidesharee presentaties, bookmarks en blogposts aan je profiel toe te voegen. Hierdoor ontstaan meer mogelijkheden voor verbeterde online profilering, een waardevolle toevoeging op de standaard informatie die beschikbaar is binnen het platform. Ikki biedt de mogelijkheid om een Social CV samen te stellen: Wat heb je gedaan, Wat doe je nu en Via welke diensten doe je dat? iDiDiD is een netwerk in opkomst, vooral gericht op delen van verschillende content gepubliceerd op en rondom evenementen en activiteiten.

Van dingen dubbel doen wordt niemand vrolijk. Diensten die multi-platform publicatie mogelijk maken, gaan een streepje voor krijgen bij gebruikers.

    Enkele voorbeelden:

  • Mobypicture publiceert foto’s niet alleen op Twitter, maar ook kan meteen doorplaatsen naar Hyves, Flickr en Tumblr.
  • Bij Posterous is het nog makkelijker: je stuurt een mail met tekst of foto en de content wordt geplaatst, inclusief een bijbehorende tweet.
  • De dienst 8tracks (maak zelf een online ‘cassettebandje’) biedt de mogelijkheid om automatisch je Twitternetwerk te verwittigen van een nieuwe productie.
  • MyASICS biedt ook de mogelijkheid om automatisch de notities in je online hardlooplogboek te delen op Twitter: via je eigen account of via twitter.com/myasiscs.

In al deze gevallen is aggregatie slechts een onderdeel van de beschikbare dienstverlening op het betreffende platform. Dit is in het geval van Friendfeed niet het geval. Die site is enkel en alleen gericht op aggregatie. Alle content die je waar dan ook publiceert, kan eenvoudig aan je stream worden toegevoegd. Commentaar kan naar Twitter worden gepushed, maar conversaties kunnen ook binnen Friendfeed worden vervolgd (en netjes geclusterd rondom het begin van het verhaal). Je abonneert je op streams van andere gebruikers (je Twittervrienden en -vriendinnen zijn al voorgeselecteerd), er zijn rooms voor specifieke onderwerpen en je kunt zelf groepen aanmaken binnen de groep mensen die je volgt. Robert Scoble is een Friendfeed evangelist, ik ben wat sceptischer. Pluspunten zijn m.i. alles op 1 plek en geclusterde conversaties. Een nadeel vind ik wel dat het in real time een grote brei van gegevens oplevert die lastig te filteren is. Een tool zoals Frienddeck kan wel een oplossing bieden, waarbij de archieffunctie belangrijker wordt dan de realtime stream.

Het voorbeeld van het koppelen van je Twitternetwerk aan Friendfeed vindt ook op andere plaatsen navolging. Zo kan er binnen Facebook gekozen worden voor een automatische koppeling aan je Plaxo account. Als er iemand in je Plaxo netwerk gebruik maakt van Facebook en er is daar nog geen connectie gelegd, wordt dit door Facebook geregeld.

Clustering staat en valt bij het goed uitvoeren van tagging. Steeds vaker wordt er bij aanvang van een bijeenkomst gemeld wat de juiste hashtag is (bijvoorbeeld ‘#csn09‘ of ‘#momoams‘). Alle content met die hashtag (foto’s, tweets, blogposts, video’s) kan vervolgens overzichtelijk bij elkaar worden gebracht (mash-ups), zoals hier (probeer zelf een hashtag uit en zie de resultaten).

Niet alleen content wordt geaggregeerd. Met de groei van het gebruik van Social Media neemt het aantal profielen per persoon toe, ongeacht of er actief gebruik van wordt gemaakt. Ook hier ontstaat een vraag bij gebruikers voor aggregatie, overzicht, bundeling. Diensten die een online visitekaartje aanbieden zijn bijvoorbeeld. Realmee en MyNameIsE. De pokenhype eerder dit jaar past ook goed in dit plaatje. Daarnaast wordt je Google profiel naar mijn idee ook heel belangrijk, zeker gezien de SEO kansen die dit biedt. Dan zijn er ook nog de ’traditionele’ directories: denk bijvoorbeeld aan WieoWie en het Internetadresboek.


Ook voor verkeer de andere kant op (een bericht publiceren naar meerdere kanalen) zijn er diensten beschikbaar: bijvoorbeeld Hellotxt en Ping.fm. Je selecteert de netwerken waarnaar je wilt posten en verstuurt het bericht. Dit werkt wel doublures in updates in de hand en je moet ook wel controleren of de berichten inderdaad zijn geplaatst, want dit gaat niet altijd in een keer goed. Verder is dit ‘multi platform posten’ handig om op meerdere plekken tegelijk iets van je te laten horen, de response die dit mogelijk tot gevolg heeft moet natuurlijk wel per platform worden afgehandeld.

De behoefte aan aggregatie, filtering en de mogelijkheid om cross platform te kunnen publiceren wordt door de toenemende informatiestroom steeds g
roter. Diensten die dit onderkennen en kunnen integreren binnen hun bestaande dienstverlening danwel een dienst kunnen opzetten die hier goed op inspeelt, worden onderdeel van de hype na Twitter.

Technorati tags: , // propaganda!abonneer je op de rss-feed rss feed